Criança Feliz werd opgericht door het Ministerie van Staatsburgerschap (toen bekend onder de naam Ministerie van Sociale Ontwikkeling) met steun van de Bernard van Leer Foundation en anderen. Tegen het einde van 2021 hadden medewerkers van het programma meer dan 1,2 miljoen kinderen in 2.874 gemeenten in Brazilië bezocht, waarmee het een van de grootste inspanningen wereldwijd in zijn soort is.
De uitdagingen, successen, tegenslagen en lessen van het opschalen van Criança Feliz zijn vastgelegd in een boek: Da ciência à prática – Os programas de apoio ao desenvolvimento infantil na América Latina (Van wetenschap naar praktijk – Programma’s die de ontwikkeling van het kind in Latijns Amerika ondersteunen).
Het programma is tevens het onderwerp van een case study van de Harvard Kennedy School Het stelt de belangrijkste succesfactoren van het programma vast zoals de politieke bereidheid erachter, de gecentraliseerde structuur, het flexibele model en de trapsgewijze training.
De ambitie om miljoenen kinderen in Brazilië te bereiken
Ongeveer de helft van alle gezinnen in Brazilië voldoet aan de criteria van sociale kwetsbaarheid, waardoor ze in aanmerking komen voor het programma van Criança Feliz. Dit houdt in dat het gezin kan rekenen op een wekelijks huisbezoek vanaf de zwangerschap en gedurende de eerste duizend dagen van het kind, gevolgd door minder frequente bezoeken tot het kind met vier jaar naar school gaat. De methodologie voor deze huisbezoeken is gebaseerd op het UNICEF/WHO Care for Child Development programma.
Het ondersteunen van ouders betekent samenwerken met lokale overheden
Het opschalen van huisbezoekprogramma’s is een uitdaging in Brazilië. Door de bestuursstructuur van het land liggen beslissingsbevoegdheden bij gouverneurs van staten en burgemeesters van gemeenten, en elke staat of gemeente die huisbezoeken wil aanbieden moet het model aanpassen aan de eigen financiële, geografische en institutionele capaciteiten. De uitdagingen in landelijke, semi-stedelijke of stedelijke gebieden lopen erg uiteen.
De Bernard van Leer Foundation ondersteunt al sinds 2017 huisbezoekprogramma’s in Brazilië. Initiële investeringen hebben bijgedragen aan het trainen van gezondheidsmedewerkers in de gemeenschappen tot het coachen van ouders op gebieden zoals voeding, voorschools onderwijs en geboorteregistratie.
Covid-19-pandemie zet vaart achter ontwikkeling van waardevolle nieuwe hulpmiddelen
Door de reisbeperkingen die tijdens de Covid-19-pandemie werden ingesteld, moesten medewerkers die huisbezoeken afleggen nieuwe manieren vinden om op afstand interactie te hebben met gezinnen. De meest geslaagde vernieuwingen zijn te vinden in een publicatie van de Maria Cecília Souto Vidigal Foundation en de Bernard van Leer Foundation: Parenting: Home visitor practices adapted to the pandemic (Opvoeding: huisbezoeken aangepast aan de pandemie).
Het heeft ook gezorgd voor de ontwikkeling van een nieuw hulpmiddel, Jornada Online Primeira Infância (JOPI), wat 30 uur audio en visueel materiaal bevat met quizzen en ondersteunend materiaal. Bijna 6.000 professionals uit de kinderverzorging zijn opgeleid met dit hulpmiddel. Het hulpmiddel zal ook een aanvulling blijven op huisbezoeken nadat onderzoek liet zien dat ouders waardering hadden voor het gebruik van virtuele hulpmiddelen tijdens de pandemie – met name WhatsApp.